1. Algemene milieueisen rondom de uitvaart
1. 1 De historie
In het besluit van 3 mei 1991, houdende voorschriften ter uitvoering van de Wet op de Lijkbezorging getiteld; Besluit op de lijkbezorging werden een aantal eisen gesteld aan o.a. doodskisten, -bekleding, -ornamenten als kruizen, naamplaten e.d. Dit ook in verband met bodem- en luchtverontreiniging.
In 1998 werd vervolgens het Lijkomhulselbesluit ingevoerd, waarin de eisen t.a.v. kisten en andere omhulsels nader worden beschreven. Deze eisen zijn mede ingegeven door het belemmeren van het natuurlijke ontbindingsproces door sommige materialen.
Met ingang van 1 januari 2013 is Lijkomhulselbesluit vervallen en wordt in de Wet op de Lijkbezorging, paragraaf 3 ‘De wijze van begraven’ nog slechts gesproken van biologisch afbreekbare materialen.
1. 2 Kisten en ander omhulsel
Met de huidige omschrijving van biologisch afbreekbare materialen wordt volgens de LOB (Landelijke Organisatie van Begraafplaatsen) het natuurlijke ontbindingsproces niet gegarandeerd. Daarom heeft deze organisatie een aanvulling klik hier gemaakt.
Deze aanvulling moet er voor zorgen dat het natuurlijke ontbindingsproces plaatsvindt binnen de 10 jaar. Immers na 10 jaar vervalt de grafrust en kunnen algemene graven worden geruimd.
In het Activiteitenbesluit Crematoria wordt ten aanzien van kisten de voorwaarde gesteld dat deze niet met lood of zink mogen zijn bekleed.
1. 3 Handvatten, sierschroeven en andere ornamenten
Ten aanzien van handvatten, sierschroeven en andere ornamenten worden geen eisen gesteld, mits deze van buitenaf te verwijderen zijn. Anders dienen deze ook uit biologisch afbreekbare materialen te bestaan.
Dit verwijderen gebeurt vrijwel alleen in de crematoria, niet op begraafplaatsen. Daarover staat in het Activiteitenbesluit: metalen en kunststof handvatten en andere versierselen van kunststof of metaal moeten voor invoer van de kist in de crematieoven worden verwijderd.
Niet verwijderbare schroeven, spijkers, nieten e.d. dienen in crematiekisten echter wel van magnetisch materiaal te zijn. Deze worden namelijk na de crematie met een magneet uit de asresten verwijderd.
1. 4 Activiteitenbesluit milieubeheer
Over milieueisen ten aanzien van cremeren staat in Artikel 57 van de Wet op de Lijkbezorging het volgende geschreven : 'Wij kunnen omtrent de inrichting van crematoria en omtrent hetgeen in de crematoria en op hun erven in acht moet worden genomen bij algemene maatregel van bestuur regelen stellen'.
Crematoria komen hiermee wat betreft milieueisen te vallen onder het Activiteitenbesluit milieubeheer. Hierin zijn algemene milieuregels voor bedrijven opgenomen.
1. 5 Rook en reuk
In de Inspectierichtlijn Lijkbezorging van het toenmalige Ministerie van VROM werd beschreven dat uit de schoorsteen van een crematorium mag geen zichtbare rook komen en er mag geen waarneembare reuk zijn. Een optimaal lopend verbrandingsproces en het gebruik van natuurlijke vezels zal rook en reuk voorkomen. In het Activiteitenbesluit wordt in het artikel ‘Luchtvoorschriften voor menselijke crematoria’ geregeld aan welke eisen een crematieoven moet voldoen om overlast te voorkomen. Daarnaast is het belangrijk dat men bij de laatste verzorging van de overledene zoveel mogelijk gebruikmaakt van natuurlijke stoffen.